In het Goederenregister van de Sint Maartenskerk in Utrecht wordt de naam Rugrum – vermoedelijk Ruigenhoek – genoemd. Afgebeeld is een blad van een document van meer dan 1000 jaar oud in het Utrechts Archief.
Het Goederenregister van de Sint Maartenskerk te Utrecht is een lijst van bezittingen van de kerk in de achtste tot de tiende eeuw. In dit document staat een prikkelend zinnetje: In Rugrum 9 (mansiones) totum sancti Martini. In een voetnoot meldt de uitgever, dat het hier om negen boerderijen gaat, vermoedelijk in Ruigenhoek onder Maartensdijk. Men ziet deze tekst in de vijftiende regel van boven.
De lijst is een onderdeel van het Cartularium van bisschop Radbod. Dit zo geheten Cartularium Radbodi is de belangrijkste vroegmiddeleeuwse bron voor de plaatsbeschrijving van Utrecht en Holland. Welk verhaal gaat erachter schuil? In 857 namen de Vikingen Utrecht in. Bisschop Hungar vluchtte naar het klooster Sint-Odiliënberg bij Roermond en nam zijn oorkonden mee. Zijn opvolgers Adalbold (Othilbold) en Radboud lieten kopieën maken van deze oorkonden. Behalve afschriften van de schenkingsoorkonden werd in het zo ontstane Cartularium ook een lijst met bezittingen opgeschreven, mogelijk om na de aftocht van de Vikingen een overzicht van het Utrechtse kerkelijke bezit te hebben.
Een exemplaar van dit Cartularium bevindt zich in het Utrechts Archief.
AD