Omstreeks 1930 bestond in Bilthoven de Centrale Postschool voor Plattelanders. De folder suggereerde dat de school een groot succes was, maar omdat er heel weinig over te vinden is, moeten we dat misschien als propaganda beschouwen. De lessen hadden ieder een kleurige, getekende voorplaat, zoals blijkt uit de afbeelding hierboven.
Een van de weinige bronnen voor de geschiedenis van de Centrale Postschool is een informatieboekje dat omstreeks 1930 is gemaakt. Soms duikt er bij een tweedehands boekhandel een cursus op zoals Engelsche Woordkennis voor Nederlandsche emigranten en Eerste optreden op de plaats eens misdrijfs. Er is zelfs een diploma gesignaleerd. Lies Haan-Berends heeft het boekje besproken.
De postschool was gevestigd in Villa Zonnewende aan de Gezichtslaan 40. De directeur was M. van der Broek, leraar M.O. Het was een van de instellingen voor afstandsonderwijs die in die tijd opdoken. Bekend werden de Leidse Onderwijs instellingen (L.O.I.) die in 1923 werden opgericht onder de naam Instituut voor Economische Wetenschappen, en ook het Nederlands Talen Instituut (N.T.I.) dat in de Tweede Wereldoorlog ontstond. Dat waren de blijvertjes. Dergelijke opleidingsscholen voor schriftelijk onderwijs waren vooral bedoeld voor dunbevolkte gebieden, waar de inwoners moeilijk bij grotere onderwijsinstellingen konden komen. Het platteland dus.
Als we naar de folder van de Centrale Postschool kijken, was bescheidenheid niet het belangrijkste kenmerk. ‘Forsch, groot en sterk als een machtige oceaan-stoomer kiest onze school haar weg op de levenszee: benijd om haar succes, begeerd om haar resultaten, helaas soms besmeurd door kleinen, die vergingen in haar ziedende kielsop of wier scheepje omsloeg op de deinende golven van het hooggaande boegwater. Zoals sommige andere mensen graag in hoofdletters communiceren, zo schreef het informatieboekje graag in vetgedrukte letters. Ook in de lessen komen vette letters veel voor.
Voor wie waren de cursussen bedoeld? ‘Voor jongelui, die toegelaten wenschen te worden op landbouw- en tuinbouwscholen, huishoudscholen, ambachtsscholen, jongens- en meisjesvakscholen, voor secretarissen en voorzitters van vereenigingen, taxateurs, zaakwaarnemers enz. …‘ en kennelijk voor alle andere beroepen waarvoor je iets meer in je mars moest hebben.
De cursus Alegemene Ontwikkeling kostte f. 17,- of twee keer f. 10,- Hij behandelde naast schrijven, rekenen en taal ook ‘practische oppervlakte-berekening, inhoudsberekening van greppels en slooten, dijken’ en daarnaast de verzekeringen ‘waarmede de plattelandsbewoner in ’t bijzonder in aanraking komt’. Dat doet bij elkaar sterk denken aan werk in de landbouw. Het instituut heette niet voor niets Postschool voor Plattelanders.
Andere cursussen die het boekje noemt, zouden voorbereiden op een betrekking als commies bij de belastingen, politiebeambte, marechaussee, rijksveldwachter of gevangenbewaarder. Van deze cursussen is in elk geval Eerste optreden op de plaats eens misdrijfs bewaard gebleven.
Omdat de Postschool verder weinig sporen heeft achtergelaten, is het aannemelijk dat deze niet het landelijk succes is geweest dat in het boekje werd geclaimd. In de tijd van crisis en ontslagen kwam het vaker voor dat een ondernemende burger een bedrijf opzette dat niet erg lang bestond. Misschien moeten we de vele aanbevelingen van geslaagde en succesvolle cursisten en de lovende citaten over mooie carrières met een kritisch oog bekijken.
DAB
Literatuur:
L. Haan-Berends, Centrale Postschool voor Plattelanders, in: De Biltse Grift, december 2016.
Diverse lessen die op het internet werden aangeboden.
W. H. Schreuder, Eerste optreden op de plaats eens misdrijfs, Facsimile De Harmonie 1992.