In oktober 1959 deed de politie in De Bilt een belangrijke vangst met de arrestatie de inbreker die in het hele land bekend stond als De Gaatjesboorder. Afbeelding: krantenartikelen naar aanleiding van de Gaatjesboorder.
De heer J.M. was als technicus in dienst van een groot industrieel bedrijf in Hilversum. Hij vond echter dat hij in die betrekking te weinig verdiende om zijn vrouw en kinderen te onderhouden op de manier die hij wilde. Sinds 1957 leidde hij daarom een dubbel leven: overdag was hij een brave technicus en ‘s nachts sloop hij door de omgeving als inbreker.
Zijn manier van werken was altijd hetzelfde: hij maakte met een boortje van 7 millimeter een gat in een kozijn en gebruikte dat om met een stuk ijzerdraad de spanjoletsluiting open te maken. Andere sporen liet hij volgens de politie niet achter. Hij nam alleen geld mee zodat men hem niet met gestolen waar kon betrappen. Minstens twintig inbraken pleegde hij in Hilversum. Hij sloeg ook zijn slag in het Gooi en delen van de provincie Utrecht, waarbij hij een bromfiets gebruikte om zich te verplaatsen. In het hele land stond hij bekend als de Gaatjesboorder.
Door een inbraak in De Bilt liep hij tegen de lamp. Kort nadat hij had ingebroken in een leeg huis, werd hij verrast doordat de bewoners thuiskwamen. In paniek rende hij weg en daarbij liet hij zijn bromfiets achter. Lopend door de bossen bereikte hij na enkele uren zijn huis in Hilversum.
Zodra de Biltse politie de brommer aantrof, konden de agenten zonder veel moeite vaststellen dat het voertuig aan J.M. verkocht was. Zij namen contact op met hun Hilversumse collega’s. Toen de agenten in Hilversum bij de heer M. aanbelden, was hij niet verbaasd. ‘Ik had u al verwacht,’ zei hij. Voordat hij afscheid nam van zijn gezin, legde hij een volledige bekentenis af.
De bijnaam ‘De Gaatjesboorder’ was zo populair, dat hij in de komende jaren werd gebruikt voor diverse inbrekers die dezelfde methode volgden. De Duitser Friedrich Martin uit Hamburg werd in 1962 gearresteerd voor 84 inbraken als Gaatjesboorder. Tegen Gaatjesboorder J.N. uit Amersfoort werd in 1966 anderhalf jaar geëist. Verder werd de naam ook toegepast op Bart Hughes, die begin jaren zestig bij de groep kunstenaars rond Simon Vinkenoog en Robert Jasper Grootveld hoorde. In januari 1965 boorde hij om zijn geest te verruimen een gaatje in zijn eigen hoofd.
DAB
U bevindt u op de Rondleiding Misdaad. Voor het vervolg klik HIER.
Literatuur:
Algemeen Handelsblad 23 10 1959
Algemeen Dagblad 24 10 1959