Afgebeeld is het laatste blad uit het onbekende reisverslag van Adriaan Hendrik Eyck van december 1787-februari 1788, met een tekening van Le Havre (Nationaal Archief Den Haag, archief Eyck, nr. 207). Eyck had een paar maanden eerder zijn buiten Eijckenstein moeten verlaten. Deze inwoner van Maartensdijk was een vooraanstaand patriot en moest toen Pruisen ons land binnenvielen om stadhouder Willem V in het zadel te houden, de wijk nemen. Hij trok via de Oostenrijkse Nederlanden naar Noord-Frankrijk.
In het hierboven genoemde archief bevinden zich vier schriftjes met een gedetailleerd, nog nooit gepubliceerd of benut onderzoek van Eyck naar de plaats waar de duizenden in 1787 gevluchte patriotten zich na hun vlucht in Noord Frankrijk zouden kunnen vestigen. Het gaat om honderden dicht beschreven pagina’s. In plaatsen als St. Omer zouden zich in 1788 omstreeks 2.000 gevluchte Nederlanders vestigen, in Duinkerken 400, in Gravelines een kleine 600. Eyck vestigde zich gedurende zijn ballingschap in het Chateau de Watten, te midden van de patriotse elite. Hij was daar in gezelschap van kopstukken als Daendels en Valckenaer. Zie ook de posts: patriots protest en Adriaan Hendrik Eijck en de Franse Revolutie, waar ook literatuur te vinden is..
Afgebeeld hieronder is de spotprent ‘Wy rijden naar St. Omer’, waarop de patriotten als narren op ezels zijn afgebeeld. (Rijksmuseum Amsterdam).
AD