In de Franse tijd veranderde de aard van legers sterk. Volkslegers kwamen op. De tijd van de beroepslegers kwam ten einde. Er kwam dienstplicht. Zo werden vele duizenden Nederlanders verplicht met de Napoleons Grande Armée in 1812 meegestuurd naar Rusland. Daaronder waren vijfentwintig inwoners van de dorpen van het huidige De Bilt. [Adolph Northen, 1851, Napoleons terugtocht uit Rusland, Wikipedia).

 

Meer informatie

 

Het lid van de Franse Nationale Vergadering Lazare Carnot sprak in 1793: Vanaf dit moment tot de tijd dat alle vijanden van het grondgebied van de [Franse] Republiek verdreven zijn, moeten alle Fransen voortdurend paraat zijn voor militaire dienst.

In 1810 werd Nederland onderdeel van het Napoleons Franse keizerrijk. Het jaar daarop werd ook in ons land door Frans toedoen de dienstplicht ingevoerd, de conscriptie. Alle mannen vanaf twintig jaar oud waren dienstplichtig. In de jaren 1811-13 dienden omstreeks  30.000 – 35.000 dienstplichtige Nederlanders in Franse leger. Zeker de helft hiervan diende bij de Grande Armée, waarmee Napoleon in 1812 Rusland binnenviel. De meeste van de minimaal tien uit Westbroek en Achttienhoven afkomstige soldaten  wachtte in Rusland een barre dood. Dat is een voor de hand liggende conclusie als men het wel en wee bestudeert van de eenheden waartoe zij behoorden. Van de enorme Grande Armée van Napoleon, in het begin, in juni 1812 500.000 man groot, zouden naar lang werd aangenomen slechts 5.000 personen ongedeerd Russisch grondgebied verlaten. Dit cijfer zou hoger zijn, omdat een exacte telling niet mogelijk was, gelet op het uiteenvallen van de Franse legereenheden bij de terugtocht na de Brand van Moskou, maar dat het getal doden en gewonden ontzagwekkend was, staat vast.

Onder de uit Westbroek afkomstige militairen was een al oudere man,  Gerrit Hendrik Huijting. Hij hoorde bij het 14e Regiment Kurassiers. Over wat hij meegemaakt kan hebben – het is onbekend, bij gebrek aan verdere informatie, of hij al eerder gesneuveld was –  lezen we in de wederwaardigheden van zijn regiment. Luitenant-kolonel G.A. Geerts schrijft in de Militaire Spectator van 1983:

 

[…] het 14e Regiment Kurassiers, kreeg de opdracht het legerkorps van Wittgenstein te verdrijven van de Dwina (Doena) en de opmars voort te zetten in de richting van St. Petersburg. […] De toestand van de Grande Armee werd langzaam maar zeker hopeloos: 140.000 Russen probeerden de restanten van de Grande Armee in een wurgende greep te krijgen. Op 23 november [1812] heroverde maarschalk Oudinot, inmiddels van zijn wonden hersteld, Borisov en begaf zich vervolgens richting Stoedianka, waar twee bruggen over de Berezina zouden worden gebouwd. In het ontmoetingsgevecht tussen Oudinot en Tsjitsjagov bleef eerstgenoemde de meerdere. De restanten van het 14e Regiment Kurassiers hadden, samen met de kurassiers van de Divisie Doumerc, een belangrijk aandeel in dat succes. […] Op 28 november nam het 14e Regiment Kurassiers nog deel aan een grootscheepse aanval van de Divisie Doumerc, waarbij ongeveer 2000 Russen krijgsgevangen werden gemaakt.’

Westbroeker Sipke Hoske Kalsbeek maakte deel uit van het 124e regiment. Van de 600 militairen van deze eenheid waren bij de rivier de Berezina, in het huidige Wit-Rusland, nog geen  honderd meer in leven. Mogelijk echter was Kalsbeek met een deel van zijn regiment achtergebleven in Stettin. De omstandigheden daar waren zeer slecht. Een collega van Kalsbeek noteerde:

‘Wij hebben vier maanden moeten leven met een half pond brood en een pond paardevlees iedere dag. En toen de paarden waren opgegeten kregen wij ook de haver met dop en al, die wij door de grote honger zo rauw hebben moeten eten. Wij waren zeer verheugd als wij een hond of kat konden krijgen. Dit alles hebben wij met smaak gegeten en met meer smaak dan van vers koevlees, dat ik thuis heb genoten’.

De kans dat Kalsbeek en Huijting Westbroek terug hebben gezien lijkt uiterst klein.

 

Het ging om de volgende militairen die uit Westbroek en Achttienhoven afkomstig waren en deel uitmaakten van de Napoleons Grande Armée en waarvan we enige gegeves bezitten:

Geboren in Westbroek: Jean Hol (geboren 11-06-1793 of 04-06-1793, 8e/19e Regiment Infanterie van Linie); Gerrit van den Berg (geboren 29-04-1793 Westbroek, 19e Regiment Infanterie van Linie – 8e Regiment Infanterie van Linie); Gerard van der Linden (geboren 13-10-1790, 7e Regiment Lichte Lanciers); Wouter Visser (geboren 22-04-1789, 14e Bataljon Artillerietrein); Corneille de Groot (geboren 03/31-03-1791, 123e/126e Regiment Infanterie van Linie); Sipke Hoskes Kalsbeek (geboren 06-05-1790, 124e Regiment Infanterie van Linie); Gerrit Hendrik Huijting (geboren 07-05-1770, 14e Regiment Kurassiers.

Geboren in Achttienhoven: Willem Broer ( 07-10-1789, 33e Regiment Lichte Infanterie); Guillaume Goedhard (geboren 10-10-1789, 11e Regiment Huzaren).

Van de dorpen De Bilt en Maartensdijk is bekend, dat twintig Biltenaren in Napoleons leger dienden, en elf Maartensdijkers. Zeker driekwart van hen trok mee Rusland in, anderen lijken binnenslands te zijn ingezet, bv. bij de kustbewaking. Over de deelname van jonge mensen uit het dorp De Bilt aan de ‘Grande Armée’ leest men meer door HIER te klikken.

AD

Bronnen:  voor de gegevens over militairen in Napoleons legers kunt u de site bezoeken van het Nederlands Instituut voor Militaire Historie. Klikt u HIER.

Voorts: G.A. Geerts, ’ De veldtocht naar Rusland in 1810 onder keizer Napoleon’, in: De Militaire Spectator, 1983/1 52-62

Meer lezen:

1812, Napoleons fatale veldtocht naar Moskou – Adam Zamoyski – 13e druk februari 2015- Uitgeverij Balans Amsterdam