Sjoerd Groenman (1913 – 2000) was een Nederlands sociograaf. Hij wordt gezien als een van de vaders van de Nederlandse sociologie. Zijn in 1950 verschenen boek Methoden der Sociografie was baanbrekend op dit terrein. Hij was hoogleraar sociologie in Utrecht, Amsterdam en Leiden en werd rector magnificus in Utrecht. Hij overleed in 2000 in Bilthoven. (Foto: Groenman tijdens het congres Mobiliteit in gevaar, Nationaal Archief.)
Sjoerd Groenman werd in 1913 geboren in Roosendaal. Na zijn afstuderen in 1937 aan de Universiteit van Amsterdam werkte Groenman aanvankelijk als redacteur van de Winschoter Courant en als sociograaf te Emmen en Groningen. In 1943 kwam hij in dienst van de Directie van de Wieringermeer, de Rijksdienst voor het ontginnen en in cultuur brengen van de polders van het Zuiderzeeproject. Hij deed onderzoek in onder meer de Noordoostpolder en promoveerde in 1947 op een sociografisch proefschrift over Staphorst. In 1950 verscheen van zijn hand Methoden der Sociografie, dat als een baanbrekend werk werd beschouwd. Twintig jaar later, in 1970, verscheen in samenwerking met H. de Jager Staalkaart der Nederlandse Sociologie.
Van 1949 – 1954 was Groenman secretaris-penningmeester van het genootschap Flevo en schreef hij veel over de inpoldering van de Zuiderzee en over de Deltawerken. In 1959 verscheen Ons deel in de ruimte: beschouwingen over vraagtukken in het grensgebied van sociologie, sociale opbouw en planologie, dat zijn actualiteit op het gebied van de planologie nog niet heeft verloren. In 1957 ontving hij een eredoctoraat aan de Universiteit van Florida.
Samen met J.P. Kruyt bepaalde Groenman lange tijd het gezicht van de Utrechtse sociologie. Terwijl Kruyt zich meer richtte op de algemene en theoretische sociologie, legde Groenman aanvankelijk de nadruk op het sociale onderzoek en later op de toegepaste sociologie. In de nieuwe, uit de VS overgewaaide statistische methoden heeft hij zich niet meer willen verdiepen. Van de onderzoeker die hij aanvankelijk was, werd hij in de jaren ’60 veel meer sociologische commentator en beleidsadviseur, zo schrijft zijn oud-leerling Wil Arts. Zijn onderwijs richtte zich toen vooral op de bestuurs-sociologie van de kleine gemeenten.
Dat Groenman zelf ook een knap bestuurder was, bleek uit het feit dat hij het Utrechtse Sociologisch Instituut door de woelige tijd aan het eind van de jaren ’60 loodste. Waarschijnlijk mede hierdoor werd hem gevraagd Rector Magnificus te worden, welke functie hij van 1971 tot 1976 bekleedde. In 1979 naam hij afscheid als hoogleraar.
In de Uithof, het tegenwoordige Science Park, is het Sjoerd Groenman-gebouw naar hem genoemd. Groenman overleed in 2000 op 87-jarige leeftijd in Bilthoven.
WK
U bevindt u op de Rondleiding Wetenschappers. Voor het vervolg klik HIER.
Literatuur:
W. Arts. De laatste der grondleggers. In memoriam Sjoerd Groenman (1913-2000). In: Mens en Maatschappij, 75 (2), 89-91.
Wikipedia: Sjoerd Groenman.